Regelmatig laten de columnisten van GroenLinks Wormerland hun licht schijnen over actuele gebeurtenissen of schrijven zij over wat hen beweegt of getroffen heeft.

Alles zou anders worden. Het debat terug in de raad, het gezag van de raad hersteld,

Papieren tijger
Alles zou anders worden. Het debat terug in de raad, het gezag van de raad hersteld, bevoegdheden die het college aan zich had getrokken, weer terug bij de raad,
Het leek allemaal zo veel belovend. Ronald Hendriks was altijd al de kampioen van het dualisme, daar was al die jaren in zijn ogen na de invoering van het dualisme nog niet zo veel van terecht gekomen. Nu kreeg hij de kans om het anders en beter te doen. We zijn inmiddels 1 ½ jaar verder met deze coalitie, dus een goed moment om eens te kijken wat Ronald en de zijnen presteren en veranderd hebben. Wat opvalt: Hendriks zelf is de grote regisseur van de coalitie. Geconfronteerd met zeer onervaren raadsleden ui t de eigen coalitie, moet hij nogal wat zendingswerk verrichten en zijn partijgenoten constant bijsturen en souffleren. Dualisme is helaas ver te zoeken bij de wethouder. Je zou verwachten dat de kampioen van het dualisme durft los te laten en als dagelijks bestuurder en lid van het college de band met de fractie losser zou maken. De controlerende rol van de raad begrijpt u. Nou nee, Hendriks vergadert er lustig op los gezamenlijk met zijn fractie. Regelmatig als je in het gemeentehuis komt, zie je fractie en wethouder gezamenlijk over de stukken gebogen. Nou niet bepaald dualistisch. Ook bij de SP ziet je dat gebeuren. Wat herstel van het gezag van de raad? Als je zo nu en dan de bijdragen van de VLW fractie aanhoort, kan je je niet aan de indruk onttrekken dat deze bijdragen rechtstreeks uit de koker van de wethouder komen. Dat verklaart ook waarom de leden van VLW de discussie in de vergadering van de raad schuwen. In de commissie hebben ze altijd de wethouder die antwoordt, het debat in de raad is dus niet zo’n aantrekkelijke optie voor de gemeenteraadsfractie van de VLW. Het debat in de raad en met de raad – en niet met de wethouder zoals Hendriks zelf altijd bepleitte - blijft hierdoor achterwege. Geen wonder dat je je daarmee het adagium oplaadt van kritiekloze collegepartij en applausmachine. Kennelijk voelt de club van Hendriks zich hier goed bij. Maar of dit allemaal anders is zoals deze partij voor de verkiezingen beloofde, is natuurlijk een tweede.
Aan de SP heb je ook na de verkiezingen nog wat, schreeuwde de SP van de daken. Tot op heden moeten we dat nog meemaken. Ook de SP-leden schuwen het debat, hebben geen behoefte op de argumenten van andere partijen in te gaan, de gelederen sluiten. Dat hebben we meer gehoord! Volgens de voorman van de SP Henk Mak zou het coalitieakkoord al grotendeel zijn gerealiseerd. Je zou denken: een knap staaltje na 1 ½ jaar. Maar zo'n beetje iedereen weet dat er bar weinig nieuws in dat akkoord stond. In ieder geval is van het voornemen van de versterking van de rol van de raad niets terecht gekomen. In dat opzicht begint de SP steeds meer op de VLW te lijken. Zoveel heb je dus aan de SP na de verkiezingen. Frans Koelemeijer
september 2011

De verdwaalde Koning
Er was eens een koning in een zeer dichtbij, klein land met de mooie naam Wormerland. Deze koning Ronald 1 was, voordat hij koning werd een raadslid van de oude koning en een overtuigd democraat. Hij was van mening dat de gekozen raadsleden waarvan hij er een was, eigenlijk de baas waren in het land. Zo stond het ook in de wetten van dat land en hij behoorde tot de stroming van de puriteinse dualisten.
De meerderheid van de bevolking in Wormerland hield zo van dit raadslid Ronald, dat ze hem benoemde tot hun nieuwe koning, koning Ronald , met veel nieuwe bevriende raadsleden, ook allemaal puriteinse dualisten.
Koning Ronald 1 had het goede met de bevolking en het land voor en ging voortvarend aan het werk. Alle overblijfselen van het oude bewind werden vervangen door puriteins dualistische afspraken want de nieuwe raadsleden waren over alles de baas.
Ook herstelde hij het kleinheidsbeginsel van het land, pardon het landje, en zijn ideaal was dat het weer rustig en een beetje stoffig zou worden. Zo vonden de puriteinse dualisten dat je onder de grond niets te zoeken had en dat bovengronds de ijzeren paarden van de inwoners vooral zichtbaar moesten blijven want daar waren de Wormerlanders zeer aan gehecht.
En zo zou men onder het koningschap van Ronald 1 de periode van het puriteinse dualisme ingaan, waarin de raad het voor het zeggen had en de Koning een ondergeschikte ceremoniële rol vervulde. Lang leven de democratie !!!!!
Maar ja, zoals in zoveel sprookjes, was de werkelijkheid ingewikkelder en de mensen en ook sommige raadsleden waren ook maar mensen met idealen. Maar ook met beperkingen.
Het bleek dat de puriteins dualistische raadsleden zoveel van hun koning Ronald hielden dat ze hun puriteins dualistische principes helemaal vergaten. Ze vonden alles goed wat Koning Ronald deed en dat was nogal wat. Het enige wat ze op een gegeven moment nog konden zeggen was “ja en amen, goed koning, natuurlijk koning.”
De Koning zat er wel een beetje mee want hij had wel wat anders verwacht van zijn vrienden, bij voorbeeld dat ze ook eens zouden zeggen wat ze vonden en niet bleven zitten in hun holletje van aanhankelijkheid. Af en toe keek hij met een scheef oog naar de niet puriteins dualisten in de raad, want die waren er ook. Of zij misschien wat richting konden aangeven bij de moeilijke problemen waarvoor hij stond. Maar die zeiden dan weer dingen waar hij het niet mee eens was, dus dat schoot niet op.
Het duurde daarom ook niet lang voordat Koning Ronald 1 na wat wikken en wegen de conclusie trok om het alleen te doen. Er zat niet anders op om zijn ideaal, een rustig, suffig en stoffig Wormerlandje te maken, met ieders eigen stalen paardje zichtbaar op het landspleintje.
Hij zette zijn puriteins dualistische principes overboord - zijn vrienden in de raad hadden dat al gedaan - en ging in het grootste geheim aan het werk om zijn doel te bereiken. Hij zei niets tegen de inwoners van het land en tegen de raadsleden zei hij dat ze hun mond moesten houden, want het was zeer belangrijk wat hij deed. Zo dacht hij.
De raad had hij voortaan ook helemaal niet meer nodig want hij kon het wel alleen en hij had een artikeltje gevonden dat zo iets ook mogelijk maakte. Wie houdt me tegen, dacht hij.
Maar soms had hij het toch wel moeilijk en zat hij treurig in een hoekje. Hij moest dan denken aan vroeger, toen hij als jonge, puriteinse dualist vol vuur de zeggingskracht van de raad verdedigde en alles kon zeggen, waar of niet waar.
En nu, wat nu, ja nu was hij een dictator geworden, misschien tegen wil en dank maar wel een dictator, dankzij zijn puriteins dualistische vrienden en dan voelde hij zich verdwaald, heel erg verdwaald.
Jan Stevens
(On)Gewone Familie Een zonnige zondag in Amsterdam Oost. Onze neef Bilal lacht als we binnenkomen. Welkom in onze prachtige winkel, lijkt hij daarmee te zeggen. Enkele tientallen vissoorten liggen voor ons uitgestald in de vitrines van wat nog niet eens zo lang geleden de slagerij van ome Jan was. Zelfs de haring ontbreekt niet. Zwager Samir, eigenaar van de zaak, rijdt twee keer per week naar Rungis, bij Parijs, om de voorraad op peil te houden. Hard werken, dat wel, maar tevreden klanten, daar doe je het voor, of ze nu Marokkaans of Nederlands zijn. Een vrouw met kind komt een schoteltje vis halen, voor de lunch. Nee, een pond, dat is genoeg. Sardines ja. Verder niets. De Hollandse zuinigheid in combinatie met zuidelijke visjes.
Even later staan we weer buiten, na een rijkelijke belegde schotel met gefrituurde vis verorberd te hebben. Van Bilal, van de zaak. Met onze gevulde magen besluiten we toch nog even langs de moeder van Bilal, Fatima te gaan.
Onaangekondigd bellen we aan. Na dikke omhelzingen hebben we ons nauwelijks op de bank geïnstalleerd of ook hier kunnen we ons tegoed doen aan allerlei heerlijkheden. Fatima is hier 30 jaar geleden gekomen om te trouwen met Absalam. Haar twee peuterdochters uit een eerder huwelijk in Marokko reisden natuurlijk met haar mee. Met haar tweede echtgenoot kreeg ze nog eens zeven kinderen. Ze vertelt het in gebrekkig Nederlands, zoals veel vrouwen van de 1e generatie Marokkaanse vrouwen die naar Nederland kwamen. Nu haar kinderen groter zijn, heeft ze tijd om naar Nederlandse les te gaan. Nee, dan haar zonen en dochters. Trots is ze op ze en wat doen ze het goed. Bilal, natuurlijk. Maar ook Hajar, Yousef, B’tissam en de jongste, Souhaila. Al haar kinderen. Zij en Absalam laten ze vrij, ze mogen zelf kiezen.
Hajar, in legging, lange trui, haar prachtige krullen in een dikke staart gebonden, baalt ervan dat ze geen werk heeft. Ze wil zo graag, maar het lukt haar niet op gesprek te komen. Wordt ze beoordeeld op haar afkomst, op haar Marokkaanse naam? B’tissam, die net als haar moeder een hoofddoek draagt, zit er stralend bij. De opleiding Sociaal Pedagogisch Werk heeft ze bijna afgerond. Het zou toch vreemd zijn als zij niet aan de slag zou komen, in de kinderopvang zijn gemotiveerde mensen meer dan welkom.
Aan de muur hangt het artikel uit het Stadsblad, met de foto van Yousef. Zijn video over succesvolle jongeren uit de buurt heeft de aandacht van een journalist getrokken. Hij heeft nu een baan als jongerenwerker bij het buurthuis. Souhaila kijkt rustig toe, haar tijd komt nog wel. Ze heeft net het advies gekregen naar het VWO te gaan. Wat ze worden wil? Het liefst kinderarts. Met of zonder hoofddoek, daar is ze nog niet uit.
Succesvol integreren, het kan dus wel. Het lijkt een kwestie van tijd te zijn. Van scholing en van initiatief durven nemen. En van elkaar willen begrijpen, over en weer.
Monique Nooij
Stuur filosofen naar Libie in plaats van wapens
Naar Libië sturen we soldaten en helikopters. Met het doel het zittende staatshoofd weg te jagen. Maar wat gebeurt er dan? Wat gebeurt er na het vertrek van Gadhafi?Waarschijnlijk, onder internationale druk, worden er verkiezingen gehouden, er komt een nieuw staatshoofd. Iedereen haalt opgelucht adem en we gaan weer verder met onze eigen bezigheden.
Maar er is meer nodig dan alleen maar verkiezingen en een gekozen staatshoofd. Er moeten gedetailleerde afspraken worden gemaakt over de opvolging van een staatshoofd om oorlog rondom de opvolging te voorkomen.
De mensen van het land moeten politieke grondrechten kunnen benutten, zoals de vrijheid van meningsuiting. Dat is van groot belang voor het functioneren van het politieke systeem. Ook het recht tot vergadering en het recht van betoging zijn van essentieel belang. Verder moet ook de “Rule of law” gelden. Dat wil zeggen niemand staat boven de wet. De wetten gelden gelijk, voor iedereen. De rijkdommen van het land zijn geen persoonlijk bezit van het staatshoofd. De opbrengsten van de olievoorraden vloeien de staatskas in. De staatskas hoort bij het land en het volk en niet bij het staatshoofd.
Dus voordat er een nieuw staatshoofd komt in Egypte, Libië en waar dan ook ter wereld, maak vooraf goede afspraken. Lieve mensen daar in die landen waar het zo moeilijk gaat: gebruik dat recht van vergadering en de vrijheid van meningsuiting.
Spreek ook af wanneer het nieuwe staatshoofd aftreedt. Noem een datum. Maak afspraken over financiën. Beste meneer: U verdient per jaar maximaal € 181.000 (omgerekend 310.928 Libische Dinar). Na afloop van de termijn wordt volgens een protocol de macht overgedragen. Het aftredende staatshoofd geeft zijn opvolger met opgeheven hoofd een hand en blijft in zijn land wonen. Vluchten is niet nodig.
Wie kun je dat nu het beste laten regelen? Militairen? Politie-agenten? Neen. Laat de wapens en helikopters thuis. Stuur filosofen en laat hen praten en denken over hoe je een land het beste kan inrichten, rekening houdend met plaatselijke gewoonten en omstandigheden.
Ankie Breugom
14 mei 2011